Aldona Stachowska
 
publicaties
Aldona Stachowska - DUST TO DUST

Boek: ALDONA STACHOWSKA
          DUST TO DUST
schilderijen . tekeningen . aquarellen . grafiek
tekst: Marc Mulders
Openingswoord Jean van Maren
eigen uitgave
Reusel 2008



Openingswoord van drs. John van Maren, cultuurkenner en kunstrecensent

11 april 2008, Tilburg

Goede avond, dames en heren.
Ik heet u van harte welkom in Studio van Dusseldorp.
Vanavond hier in Tilburg, temidden het werk van Aldona Stachowska.

de wetenschap verklaart
de filosofie duidt
maar – gelukkig – de kunst toont
"Er is een subtiel verschil tussen alleen zijn en eenzaam zijn", schreef Rainer Maria Rilke op 13 oktober 1907 aan zijn vrouw in haar Berlijnse hotel, "en ik ga vandaag nóg een keer naar de Cézannetentoonstelling." Het was – zo schreef hij – alsof hij een vers paar ogen had gekregen met nieuwe bedrading. Alsof hij de beelden anders zag.
En voor de zoveelste keer stond hij lang stil bij de schilderijen in de Salon d’ Automne in Parijs, intensief aandachtig, alsof hij luisterde naar grote muziek.

Wie in het atelier van Stachowska vertoeft, ondergaat een soortgelijke ervaring.
Men ziet een schilder op zoek naar de essentie van het menselijk bestaan, een schilder met beelden die zowel het intellect als de emotie aanspreken: iconen met het droevige lot zich over te geven aan hun eigen uitwissing.

Een schilder die toont.
Je wordt als toeschouwer stil - en inderdaad – het is alsof je luistert naar goede muziek.
Goede muziek gaat over verdriet, zei Cole Porter altijd.

Aan goede muziek geen gebrek als je het verontrustende boek van Stachowska openslaat, een boek met meerdere thema's. Het is heel stil in dit boek. Toen ik begon, had ik het gevoel dat de stilte tegen mij gericht was.
Verwar nooit kunst met leven, bedacht ik, bij het zien van drie Gratiën uit 2001: ons doel in het leven is niet om te slagen maar om zo opgewekt mogelijk door te gaan met mislukken.
De drie figuren zijn fantastische manipulaties van schaal en perspectief, beelden van de menselijke conditie in zijn poverste momentum.
Alleen bij Schiele, wanneer hij niet in zelfhaat zwelgt, kom ik soms zoveel berusting én verlangen tegen in één huid, in één skelet samengebracht: monden niet om te spreken
Maar om te hunkeren
Lippen niet om te kussen
Maar om te tuiten.

In de triptiek eenzaamheid in blauw uit 2001 zijn de figuren eenzaam maar niet alleen, ons aller lot.
Ze bevinden zich in een angstaanjagend zwarte leegte waarin een ogenschijnlijk vriendelijke mediterraanblauwe kleur in het middenpaneel voor warmte en toenadering lijkt te zorgen.
Niets is minder waar.

Ook in verhaal van een leven uit 2000 ontwaren we alle lijdzaamheid van het menselijke bestaan, tussen het gekerm van het begin en de weeklacht om het einde.

Van stof naar stof
Paradiso Perduto
Alle lijnpogingen tot raakvlakken in de liefde ten spijt.

Hier is Stachowska meesterlijk in haar element.

Eens te meer blijkt dat het sterkste aspect in haar composities niet kleur is of textuur, maar de lijn.
Als je schildert, teken je, zeg ik altijd maar.
Hoe meer de eventuele kleuren onderling harmoniseren, des te preciezer wordt de tekening. Als de kleur op zijn rijkst is, is de vorm het krachtigst gevuld.

In Liefde uit 2000 is de orthogonale zwarte middellijn in het verzengende rood een ragfijne metafoor.
Voor scheiding en verlangen.
Voor alleen zijn en gemis.
Voor onbereikbaarheid en begeerte.
Nergens wordt haar pijnlijke visie op de condition humaine duidelijker en schraler verbeeld.

"Of je het zelf hebt meegemaakt, is volstrekt irrelevant voor kunst," zei Kiefer afgelopen najaar nog, in Barjac. We hadden het over Adorno's befaamde uitspraak: "na Auschwitz... geen poezie, geen schoonheid meer!"

Een uitspraak die de na-oorlogse kunstenaarswereld op zijn grondvesten heeft doen trillen en terecht.
Ik moet er tijdens het lezen van dit intrigerende boek voortdurend aan denken.
Stachowska heeft gelukkig een fantasie die naar het verleden neigt.
Haar Icarus uit Tilburg verwijst in al zijn aspecten naar het Memento Mori van Holbein, Breughel en andere laat Middelleeuwers, voor wie de zwijgende God een dwingende boodschap had afgegeven...

Ook in Ingeborg Bachmann's poezie vinden we vaak de obsessie met de fantasie van de doemvlucht, of anders gezegd, de gedoemde vlucht van vogels, als een metafoor van het failliet van de liefde en het faillliet van onze beschaving.
Kiefer spreekt spottend van "Air Icarus", zijn vleugels en straaljagers zijn steeds van (Sic !) lood.
In welke context, in wat voor gezelschap bevindt zich dit boek.
De ogenschijnlijke broosheid van Stachowska's prachtige lijnen verhult dat die ontstaan zijn tussen impuls en calculatie.
In deze Icarus is dus de verbinding tussen onderwerp en stijl openbaar geworden.
Daar ligt Aldona Stachowska's eigenlijke missie: openbaar maken, tonen.
Niet, zoals Marc Mulders aanstipte in zijn vriendelijke voorwoord bij dit intieme boek, eren en naschilderen (om te verzamelen en te bezweren), maar... om te tonen

Het ontbindende is nu eenmaal rijker aan beelden, grootser, gecompliceerder en vooral ontroerender.
Het is dat wat het kijken naar deze naakten, gevleugeld of niet, tot zo'n verontrustende ervaring maakt.

Ons einde is ons begin

Zoals de romanschrijver steeds weer hetzelfde verhaal wil en moet vertellen, zo zul jij al je thema's steeds weer nieuw leven moeten inblazen.

Kom op, er is werk aan het atelier.
Dit niks doen heeft al lang genoeg geduurd.

Toon.

Moge jouw atelier een plek zijn waar tijd geen onderwerp is...

John van Maren


[ terug ]